Handige weetjes, leuke tips, een houvast voor jou.

Tips

KLEDING – Vuile was sorteren en wassen

Waarschijnlijk heb ook jij een wasmand op een centrale plaats staan. Niet elk familielid weet immers hoe de vuile was te moeten sorteren. Ieder heeft er stiekem ook wel een eigen manier voor maar hopelijk wel een beetje volgens de wasvoorschriften. Die vind je op de etiketjes die aan kledingstukken en andere spullen in stof gemaakt. Een tip om te kunnen weten of de wastrommel al gevuld kan geraken met bepaalde soort was (bv. donkere), is de centrale wasmand nog in aparte (gelabelde) zakken te hersorteren. Kies voor zakken die zowat hetzelfde volume hebben als de wastrommel (of wat minder). Zakje van een bepaalde soort vol, dan machientje vullen!

Mogelijke sortering: warm (kleine spullen) – warm (lakens – doe er één van bij de kleine spullen) – donkere – lichtkleurige – pluiswas – nieuwe gekleurde kleding of stof (eerst eens apart wassen).

Het is niet altijd simpel om een keuze te maken. Misschien zijn er stukken die je vaak aandoet en dus dringender zijn of krijg je ergens het vuil of zweet niet uit op 40°C. Dan kan je nog altijd beslissen om het met een warmer programma te wassen maar evengoed probeer je eerst het programma met ‘voorwas’. Hoe kouder je wast, hoe minder kans op krimpen. Iets delicaats kan je ook met de hand wassen en iets met wol erin breng je eventueel naar de droogkuis.

Wat het droogzwieren (centrifugeren met de wasmachine) betreft, als je op meer dan 1000 toeren laat draaien zal je was niet meer supernat aanvoelen. Als je bv. gordijnen wast, kan je die best op minder dan 1000 toeren laten droogzwieren zodat ze nog voldoende nat uit de machine komen om ze meteen te gaan ophangen (ze hangen dan meer door zonder te gaan rimpelen).

Extra tip: als je papieren zakdoekjes gebruikt, koop er dan best die niet helemaal uiteenpluizen als ze per ongeluk mee in de wasmachine terecht komen. Bij de minder pluizende zakdoekjes staat dat op de verpakking, met een prent van een broek.