De makkelijkste manier om te weten of een vrucht rijp is, is erin te knijpen maar eigenlijk beschadig je ze dan. Er gewoon naar kijken, aan ruiken of van proeven zegt ook al veel. Bij bv. bananen, aardbeien en tomaten kan het makkelijk op het zicht. De banaan gaat van groen naar geel en de aardbei en tomaat van groen naar rood.
Het steeltje wordt donkerder en als het er makkelijk afkomt, is de vrucht rijp. Dat is ook zo als de pit(ten) en de pel makkelijk loskomen. Bij bv. avocado’s en mango’s is het zo dat, als ze nog te hard zijn, de pel gewoonlijk nog strak, kleurzuiver en glanzend is. Lekkere bessen kan je herkennen als ze er nog strak uitzien en aanvoelen.
Je kan rijpheid dus enigszins zien maar je kan er ook aan ruiken. Dit is heel duidelijk bij bv. de perzik en bij de meeste waterhoudende vruchten.
Ligt er nog een kiwi of peer te rijpen in je fruitschaal, dan kan je aan de top voelen of die malser wordt. Je kan eventueel het rijpingsproces wat versnellen door er een banaan bij te leggen. Wil je toch in de winkel aan een vrucht voelen, neem ze dan volledig in je handpalm, met slechts superlichte druk. Hoe zoeter van geur of smaak, hoe rijper.