Dat je groenten met een dunne schil (vel) makkelijk kunt pellen als je ze even in heet water legt, is geen nieuwigheid. Maak er wel eerst enkele sneetjes in. Stomen is ook een mogelijkheid en door ze te roosteren (bv. in de oven) krijg je er nog een zoeterige smaak bij.
Als je de buitenkant van (lente-)uien of prei eraf wil, maak dan een ondiepe snede over de hele lengte en dan is ze er zo af. Knoflook druk je gewoon plat om dan te pellen en kiwihelften lepel je zo uit de pel.
Om de schil weg te nemen, hou je je duim vlak boven de platte kant van je schilmesje. Vitamines zitten immers vlak onder de schil en zo neem je niet te veel van de vrucht weg. Wat je ook kan doen om vitamines te behouden is de vrucht in zo groot mogelijke stukken wassen. Biologisch gekweekte vruchten hoef je minder te wassen.
Het is dus wel aangeraden om de vrucht eerst af te spoelen (die werd misschien bespoten tegen de beestjes). Sla of groene kruiden in water met wat natriumbicarbonaat (baking soda) spoelen maakt het nog properder. Hierna niet alles door een vergiet gieten maar wel de sla/kruiden eruit scheppen (zo komt het vuil niet mee).
Een handig trucje is ook: de vrucht in partjes snijden (bv. tomaten) die je met de pel naar beneden op de snijplank legt, het schillertje plat en evenwijdig over de snijplank laten gaan terwijl je de pel eraf snijdt. Champignons die al wat vlekjes hebben, daarvan kan je het bovenste velletje eraf nemen. Begin hierbij met je schilmesje aan de stam van de champignon.
Als je een dunschiller gebruikt, leg je de vrucht met de platste kant op tafel. Let op met supersappig fruit want dat glipt al snel uit je handen. Voor een appelcake bereid je de appels heerlijk snel met een mechanische appelschiller. In één beweging schilt hij, neemt het klokhuis eruit en snijdt de appel in platte schijven. Wel voorzichtig!